De verplichting en de betaaltitel zullen gevolgen hebben voor de bestaande indeling van macrobudgettaire kaders, macrobeheersinstrumenten, aanspraken, eigen risico van de patiënt, mededinging, bekostiging en inkoop. De NZa laat zich hier nog niet over uit. De tussenoplossing die de NZa voorstelt, houdt in dat zorgaanbieders die zich verbinden aan een regionaal zorgprogramma, via de Zorgverzekeringswet aanvullende bekostiging kunnen krijgen voor afstemming en coördinatie, bij voorkeur op basis van lumpsum-financiering en niet gebonden aan individuele patiëntcontacten.
De NZa adviseert om voort te bouwen op bestaande regionale en lokale organisatiekracht en gefragmenteerde vormen van coördinatie op termijn te bundelen. De overheid moet volgens de NZa investeringen die met het advies gepaard gaan, daadwerkelijk bestemmen voor multidisciplinaire ondersteuning. Kosten voor multidisciplinaire samenwerking zouden moeten landen in een multidisciplinair kader.
Hoewel de NZa nog geen concrete inschatting heeft gemaakt van de meerkosten die dit advies met zich mee gaat brengen, zal er voor de vergoeding van individuele aanbieders voor hun aandeel in de uitrol van regionale zorgprogramma’s in eerste instantie een aanvullende investering nodig zijn. Hiervoor kunnen de transformatiegelden in het IZA gebruikt worden.